Plaats:
Bandoeng Residentie:
West-Java Regio:
Java Ligging:
Bandoeng ligt op West-Java. Tjihapit was een 'Europese' wijk in het noordoosten van de stad.
Geïnterneerden: jongens; oude mannen; vrouwen en kinderen Andere naam: Bunsho II kamp 2 (met Bloemenkamp) Aantal geïnterneerden: 13.563 Aantal doden: 253 Informatie: In de wijk Tjihapit werden vanaf november 1942 vrouwen en kinderen geïnterneerd. Zij waren hoofdzakelijk ondergebracht in 'Europese' woonhuizen met bijgebouwen, die omheind waren met gedek en prikkeldraad. In augustus 1943 moesten de geïnterneerden ten westen van de Riouwstraat naar het wijkdeel ten oosten van de Riouwstraat verhuizen. Het westelijk wijkdeel werd ingericht als nieuw kamp, het Bloemenkamp. Commandant: Padma; dhr. Boenjamin; dhr. Arsad; kpt. Suzuki Susumu; lt. Takahashi Ryoichi Hoofdbewakers: Muroi; Otsuka; Hashimoto; Nada; Yashuda; Shirakawa Bewaking: Inheems politiepersoneel; heiho's Kampleiding: mw. W.N. Diepeveen-Lindner; mw. A.W. Droog-Hartgerink; dhr. Lagro Literatuur: Valkenburg, R., Djoenkeng owari/Het appèl is afgelopen (Dordrecht 1977-2) Tjihapit-boek. Een bundel reconstructies, bronmateriaal, herinneringen van reünisten, afbeeldingen en kaarten (Haren 1994) Lavalije, Th. e.a., In naam van de keizer. Jongens in de kampen te Bandoeng 1942-1945/2602-2605 (Waddinxveen 1995) Liesker, H.A.M. e.a., 2603-1945, jongens in de mannenkampen te Tjimahi, Baros 5 en 4e/9e Bat. (Waddinxveen 1993) Oort, B. van, Tjideng reunion. A memoir of World War II on Java (Victoria 2008) Feenstra-Bosman, A.W., Tjihapit Bandoeng, kamp Solo, Lampersari Semarang. Kampdagboek van Anneke Bosman [2002]) Bertholée, H., Kéré! Herinneringen aan het Thi-Hapitkamp 1942-1944 [ca. 1960]) Cohen Stuart-Franken, M., Van Indië tot Indonesië. Voor, in en na het kamp (Amsterdam 1947) Schoorel, A.F. (red.), Mensen onder druk. Ervaringen van Nederlanders in Zuid-Oost Azië beleefd tijdens de oorlog met Japan, tijdens de Japanse bezetting en tijdens de jaren van confrontatie met de Indonesische nationalisten (Franeker 1986) Roos, B., Kan-niet is dood. Kinderjaren in een Jappenkamp (Amsterdam 1989) Vonk, C., Honderd dagen uit en thuis (Naarden-Bussum 1946)
Geïnterneerden: mannen; vrouwen en kinderen Aantal geïnterneerden: 10.000 Informatie: De woonwijk Tjihapit had tijdens de Japanse bezetting als interneringskamp voor vrouwen en kinderen gefungeerd. Een klein groepje vrouwen was achtergebleven en had alle achtergelaten huisraad naar een klein aantal huizen overgebracht. Deze goederen werden door de RAPWI beschikbaar gesteld aan de mensen die vanaf eind augustus in de wijk werden ondergebracht. Zij hadden recht op gratis hulpgoederen van RAPWI en Rode Kruis, onder meer kleding. Er waren een gaarkeuken en een pasar. Tijdens een voedselboycot in oktober-november was de voedseltoestand slecht; in december kwamen Rode Kruispakketten uit Batavia binnen. Soms sloten de pemoeda's de watertoevoer naar de wijk af. Men had nagenoeg geen contant geld doordat als gevolg van een misverstand met Batavia uitbetalingen van de RAPWI niet waren uitgevoerd. In november ontving een gezinshoofd 200 gulden, gezinsleden kregen 100 gulden. Aanvankelijk kregen, vanwege de politieke onrust, alleen degenen die een baan hadden toestemming om het kamp te verlaten. Vanaf 8 november mocht bij toerbeurt 10% van de mensen buiten het kamp passagieren. Er waren twee lagere scholen met elk vijf klassen. Kinderen boven de 14 kregen weinig of geen onderwijs, omdat zij voor corveediensten werden ingezet. Literatuur: Berge, G. ten, Met open ogen. Gesprek met Hein ten Berge over zijn jaren in Nederlands-Indië als leraar in Moentilan en in Japanse krijgsgevangenschap (1929-1946) (Maarssen [1995]) Brugmans, I.J., Gevangen op Java. Dagboek uit een Jappenkamp, 1942-1945 (Zutphen 2004)