
De inventarisnummers 121-124; 129-141; 154-208; 934; 936; 939; 1567-1570; 1572-1585; 1611; 1618-1619; 1624; 1628; 1630-1631; 1644-1646; 1655; 1658; 1710; 1716; 1728; 1755-1757; 1760; 1798-1799; 1947; 2285; 2416; 3183; 3427; 3432; 3678-3726; 3730-3751; 4212; 4215; 4291; 4549; 4715; 5186; 5317; 5457; 5493; 5510; 7434; 7550; 7554; 7562; 7576; 7603; 7655; 7657; 7662; 7664; 7669; 7673; 7685; 8014; 8022; 8060-8062; 8093; 8189; 8227; 8254; 8280; 8291; 8305; 8340; zijn slechts raadpleegbaar na verkregen toestemming van de directeur van het NIOD. Voor bezoekers die deze toestemming willen hebben, ligt een formulier bij de balie van de studiezaal van het NIOD.
De inventarisnummers 408-437; 438-440; 446; 456-457; 459; 470; 472-473; 475-482; 496; 648; 655; 1793-1794; 1908-1913; 2246-2267; 2355-2360; 2363; 2468; 2657; 2721; 3016; 3085; 3217; 3391; 3446; 3469-3493; 3494-3495; 3498; 3501-3526; 3529-3536; 3555-3591; 3598-3630; 4477; 4524; 4545; 4867; 5140; 5582-5999; 6900-6924; 6926-6930; 7552; 7597-7598; 7600-7601; 7661; 7670-7671; zijn slechts raadpleegbaar na verkregen schriftelijke toestemming van de directeur van het NIOD. Onderzoekers kunnen zich daartoe schriftelijk wenden tot de directeur van het NIOD.

Archiefstukken uit deze collectie kunnen in de studiezaal van het NIOD worden aangevraagd
onder vermelding van: collectie 400, inv.no. ...
Het inventarisnummer is vermeld in numeriek oplopende volgorde,
links naast de beschrijving van de stukken

Onderdelen van het archief van de stichting werden aangetroffen in het bureauarchief van het voormalige hoofd van de Indische Afdeling, A.H. Joustra. Joustra was voor een deel van haar werkzaamheden gedetacheerd bij de Stichting INTWO. Zij fungeerde als assistent van prof. Brugmans, voorzitter van het bestuur van de stichting. Daarnaast bleef Joustra hoofd van de Indische Afdeling. Zij maakte geen strikt onderscheid tussen haar diverse werkzaamheden. Dit verklaart de archiefvermenging die ontstond door de dubbele taak van Joustra.
Kenmerken
Omdat veel archieven van (Japanse overheids-) instanties uit de betreffende periode verloren zijn gegaan, richtte het RIOD zich op archief- en documentatiemateriaal van particulieren, waarbij het accent kwam te liggen op de ervaringen van Nederlanders tijdens de Japanse bezetting.